Farma-industrie
Hoe Prozac van zijn bijwerkingen afkwam
Op 14 september 1989 maakte de Amerikaan Joe Wesbecker amok op zijn werk in Louisville, Kentucky. Hij schoot 20 collega's neer met een automatisch AK-47 geweer en sloeg ten slotte de hand aan zichzelf. Resultaat: 9 doden en 12 gewonden. Een maand eerder was Wesbecker Prozac voorgeschreven. Drie dagen voor de schietpartij probeerde psychiater Coleman hem te overtuigen om te stoppen met het middel, omdat het een volstrekt verkeerde invloed op hem leek te hebben: hij was verward, geagiteerd en labiel (1). Slachtoffers en nabestaanden gaven Prozac de schuld en klaagden de producent, firma Lilly, aan en zo ontstond het geruchtmakende Prozac-proces. De Britse onderzoeksjournalist John Cornwell woonde najaar 1994 het proces bij en schreef een zeer gedegen en indringend boek ˜The power to harm' (2).
Op het Prozac-proces wordt het gehele Prozac-dossier
gelicht, wat een kijkje oplevert in enkele keukens die maar zelden voor
inspectie worden opengesteld. De arme (leken)jury wordt om de oren geslagen met
talrijke wetenschappelijke perspectieven op selectieve serotonine opname,
uitputtende verslagen over effecten en bijeffecten, lichaam-geest verhoudingen
en de persoonlijke en zonodig seksuele achtergronden van de getuigen. De
verdienste van de auteur is dat hij, zich boven de partijen plaatsend, zulk
divers en omvangrijk materiaal tot een vlot leesbaar boek heeft weten om te
werken, dat hij bovendien weet te vervlechten met allerlei achtergrondstudies,
zoals geweld op de werkplek, de opkomst van firma Lilly, de verhouding tussen
lichaam en geest.
Het boek geeft een inzicht in het functioneren van de farmaceutische industrie
en de marketing technieken die worden toegepast, maar ook in de Amerikaanse
rechtsspraak en schadevergoedingscultuur, en toont een grote gewetenloze jacht
op het grote geld, waarbij de gemeenste trucs en leugens niet worden geschuwd.
Na het lezen van dit boek zal elke gebruiker, elke voorschrijver en elk
slachtoffer van het middel moeten beseffen dat alles in de eerste plaats draait
om geld.
Niet alleen de industrie, maar ook de advocatuur blijkt om geld te draaien.
Advocaten vangen een belangrijk deel van de toegekende - en hoge -
schadevergoedingen. Ook zij deinzen voor niets terug om dit geld binnen te
halen. In het onderhavige proces moet het om honderden miljoenen dollars gaan.
Firma Eli Lilly heeft al eerder uitglijders gemaakt: ze had het grootste aandeel
in de verspreiding van het middel DES, waartegen nog honderden zaken lopen. Ook
vond Lilly het middel Oraflex uit, dat in 1982 met veel poeha om de markt werd
losgelaten. De berichten over patiënten die aan het middel stierven werden
aanvankelijk door Lilly onder de tafel gewerkt.
Het beeld dat rijst uit het boek van Cornwall is dat Lilly niets zal nalaten -
en niets heeft nagelaten - om de negatieve bijeffecten van Prozac te
bagatelliseren, te minimaliseren of weg te moffelen. De firma, die een omzet
heeft van circa 12 miljard gulden, drijft immers voornamelijk op Prozac. Het
veiligstellen van deze levensader is Lilly heel wat waard, en er is maar weinig
wat daaraan niet ondergeschikt wordt gemaakt.
In het Prozac-proces zet firma Lilly een vijftigtal advocaten in voor de
verdediging. Het leven van Joe Wesbecker wordt door hen ontrafeld op een wijze
die een forensisch specialist doet opmerken: "zoveel informatie over een
enkele patiënt heb ik nooit eerder hoeven te verwerken". Firma Lilly
betaalt hem er graag 100.000 dollar voor. Hij getuigt voor de verdediging, dus
dat valt nog te billijken. Erger wordt het als ook een getuige voor de
aanklagers op de loonlijst van Lilly blijkt te figureren. Joe's psychiater
Coleman, die het slechte effect van Prozac op Joe heeft waargenomen en in
eerdere verklaringen schuld aan het middel heeft toegeschreven, heeft wekelijks
Lilly-mensen over de vloer. Zij voorzien hem van informatie en betalen grif voor
elke regel die hij leest. Vooralsnog verwacht Coleman 400 gulden voor elk
'Lilly-uur'. Zijn inzichten zijn sindsdien radicaal veranderd, want hij getuigt
dat Prozac niets met de moordpartij te maken had. De advocaten van de klagers
schieten Coleman, nadat ze deze informatie boven tafel hebben gebracht,
moeiteloos af.
De Lilly-advocaten ondernemen ook actie tegen de belangrijke getuige Peter
Breggin. Dit is een psychiater die publiekelijk in het geweer komt tegen
overtrokken verwachtingen van psychofarmaca en andere claims van de biologische
psychiatrie. Een van zijn stellingen is dat Prozac nooit is uitgetest op die
risicogroepen (o.a. suïcidale mensen en manisch depressieven) aan wie het
middel later wel systematisch is gegeven. Breggin's leven wordt door het
Lilly-team uitputtend nageplozen. Een week voor Breggin's optreden als getuige
verschijnt in Time een belastend artikel over hem. Het materiaal is
toegespeeld door firma Lilly, zoals de naïeve journalist zelfs nog laat weten.
Breggin heeft zich ooit positief uitgelaten over seks tussen kinderen, is een
van de onthulde schandalen. In de rechtszaal wordt Breggin's lange en
gefundeerde verhandeling over de werking en effecten van Prozac, effectief
geneutraliseerd door een meedogenloze aanval op zijn reputatie. Dat de passage
over kinderseks van twintig jaar geleden dateert en dat hij die herroept, komt
bijzonder zwak over. Ook wordt Breggin ondervraagd over de onvoldoende die hij
ooit voor een farmacologie-tentamen behaalde. In het eindpleidooi verwijst de
verdediging met nog slechts twee minachtende zinnen naar 'het geval' Breggin.
Een veel sterkere getuige voor de klagers is Dr. Nancy Lord. Zij is
scheikundige, arts en advocaat, gespecialiseerd in gerechtelijke procedures
tussen de farmaceutische industrie en de cruciale Food and Drugs Administration
(FDA), de instantie die o.m. nieuwe geneesmiddelen toelaat op de Amerikaanse
markt. De onderzoeksgegevens die Lilly aan de FDA heeft verschaft voor de
goedkeuring van Prozac deugden niet, is haar opinie. Het leek erop alsof firma
Lilly: "al het mogelijke deed om de problemen die het middel opleverde, weg
te praten, in plaats van ze gedegen, systematisch en omvattend te evalueren en
in de bijsluiter te vermelden.." (p. 198). Arbitraire correcties werden
volgens Lord aangebracht in de onderzoeksgegevens, om bijvoorbeeld het aantal
suicidegevallen na Prozac-gebruik terug te brengen. Voorts wees Lord op het
grote percentage proefpersonen dat tijdens de trials met Prozac ook andere
psychofarmaca bleef gebruiken (p. 200), waardoor werkingen en bijwerkingen
systematisch werden gemaskeerd. In hoog tempo en met superieure kennis van zaken
maakt Dr. Lord gehakt van Lilly's wetenschappelijk bewijsmateriaal, waarbij de
tegenpartij met stomheid lijkt te zijn geslagen.
In het kruisverhoor gaat het uiteraard om de persoonlijke gesteldheid van
'mevrouw' Lord, die 'nogal wispelturig is in haar studiekeuze', een suggestie
die zij direct de kop indrukt, waarbij ze terloops herinnert aan haar
academische titel. Bekwaam countert zij de aantijging van de Lilly-advocaten dat
zij een media-training heeft ondergaan met: "wat ik op dit vlak heb geleerd
komt louter door de omgang met mensen als u".
Een interessant en goed verwoord thema, dat door de hele rechtszaak speelt, is
de aloude filosofische vraag naar de verhouding tussen lichaam en geest.
Opmerkelijk is dat de advocaten en getuigen van Lilly aanvankelijk zware nadruk
leggen op het biologisch determinisme ("No twisted thought without a
twisted molecule", is de kreet die herhaaldelijk wordt gebezigd om hert
verband tussen depressie en serotonine te verklaren), maar zich later in het
proces gaan beroepen op andere verklaringsmodellen. Biologisch determinisme
speelt de klagers in de hand, die immers stellen dat Joe's moordpartij door
Prozac-moleculen werd veroorzaakt.
De Lilly-sprekers schakelen dan over op erfelijk determinisme (ook Joe's moeder
had psychische problemen, dus Joe was door zijn genen gepredestineerd) en zelfs
op sociaal determinisme (de moordende werkdruk in Joe's bedrijf is de oorzaak).
Ten slotte verlaat Lilly elk determinisme voor een pleidooi voor de menselijke
vrije wil: ongeacht zijn genen, moleculen, benevelingen en medicaties heeft Joe
in vrijheid gekozen om te doen wat hij deed.
Wellicht is deze beginselonvastheid mede ingegeven door strategische
overwegingen. Toch komt ze bovenop een aantal andere zwakheden in de
wetenschappelijke verdediging van firma Lilly. Zo wordt volop gespeculeerd over
het serotonine-peil in de hersenen, maar wordt slechts moeizaam toegegeven dat
dit peil nog nimmer kon worden gemeten. Gaandeweg blijkt dat er nauwelijks
inzicht bestaat in de precieze werking van Prozac en de beweringen van o.a.
Breggin, dat het middel een a-specifieke werking heeft op het gehele brein en
zenuwstelsel, met allerlei mogelijke en onvoorspelbare effecten en bij-effecten,
lijkt aan geldingskracht te winnen. Maar ook de klagers komen zwak te staan: de
taak die zij zich hebben gesteld, namelijk om te bewijzen dat Prozac via een
biologisch mechanisme gewelddadig gedrag kan veroorzaken, gaat uit van dezelfde
oversimplistische en reductionistische opvattingen over menselijk gedrag. Zo
getuigen beide partijen van hun onvermogen om verklaringen en redenen voor
menselijk gedrag in al hun schakeringen recht te doen. Of althans van de onmacht
om dit in begrijpelijke taal aan een leken-jury uit te leggen.
De climax van het proces tegen Lilly ontstaat als de klagers kans zien om het
geval Oraflex aan de orde te stellen. Steeds heeft Lilly kunnen verhinderen dat
dit onderwerp te berde werd gebracht, op grond van het argument dat men niet
tweemaal mag worden veroordeeld voor dezelfde feiten. Lilly heeft in deze zaak
echter een dusdanig perfect en onfeilbaar beeld van haar research geschetst, dat
een aperte uitzondering - zoals het geval Oraflex - een geheel nieuwe relevantie
krijgt.
De advocaten van Lilly bespeuren dat het proces hierdoor een negatieve wending
krijgt. Zij gaan dan over tot een deal, tot het afkopen van de klagers. De
voorwaarden voor deze deal, en naar het schijnt ook de hoogte van de afkoopsom,
zijn ongehoord. De deal zelf wordt strikt geheim gehouden, ook voor de rechter.
Het afkoopbedrag is nimmer geopenbaard, maar moet in de tientallen of zelfs
honderden miljoenen guldens lopen. De zwijgzaamheid van de klagers wordt
gestimuleerd door hen in drie tweejaarlijkse termijnen uit te betalen, steeds op
voorwaarde van hun zwijgen. De rechtszaak wordt tot een snel einde gebracht en
het geval Oraflex blijft buiten beschouwing. Firma Lilly zet kennelijk alle
kaarten op het winnen van de zaak en investeert miljoenen in de afkoopsom, met
kennelijk een groot vertrouwen in de daarop volgende goede afloop.
Die vindt inderdaad plaats. Lilly wordt door de jury vrijgesproken van de
aantijgingen. De manier waarop dat gebeurt en de rol van de rechter daarbij wekt
bevreemding, waarvoor de auteur geen verklaringen biedt. Wel blijkt dat de
rechter zich genomen voelt door de geheime afspraken, en later ook zijn gelijk
haalt bij het Hooggerechtshof, die de geheime afkoop-manoeuvre kwalificeert als
"mogelijke misleiding van het Hof, kwade trouw en misschien zelfs
fraude" en een nader onderzoek instigeert. Dit levert echter alleen nog
achterhoedegevechten op.
Lilly kan onbelemmerd zijn miljarden-opleverende Prozac blijven verkopen. Over
de 160 andere aanklachten hoeft de firma, na dit proces, nauwelijks nog zorgen
te hebben.
De reputatie van Prozac als antidepressivum dat nauwelijks bijwerkingen heeft,
is beschermd. Dat kost wat geld, maar dat betaalt zich ruimschoots terug. Dat
het aantal klachten over bijwerkingen van Prozac bij de FDA inmiddels een
recordhoogte heeft bereikt is alleen nog van statistisch belang.
Mark Janssen
(1)Joe Wesbecker weigerde te stoppen met Prozac, omdat het volgens hem zijn ogen had geopend voor een weggestopt trauma. Hij zou op de werkplek publiekelijk zijn gedwongen tot fellatio met de voorman. Joe was Prozac dankbaar voor dit inzicht, dat overigens door niemand kon worden bevestigd. Een van de bij-effecten van Prozac is echter dat men psychotisch kan worden. In dat geval is het verband tussen Prozac en de moordpartij enkele dagen later plausibeler dan op het eerste gezicht zou lijken.
(2) John Cornwall. The power to harm. Mind, medicine and murder on trial. Viking, New York, 1996.
(3) Food and Drug Administration, Gemelde bijwerkingen van Prozac. Vrijgegeven na beroep op de Freedom of Information Act, Internet: WWW/cris.com/~shddemon/prozac/reactions. Dit dossier bevat de tot 1995 (vrijwillig) gemelde klachten over bijwerkingen van Prozac en is dus zeker niet volledig. Niettemin werden 35.230 klachten geïnventariseerd die uitgesplitst werden in 902 medische categorieën. Volgens ingewijden is hiermee een absoluut record gevestigd.
|
Postbus
75249, Tel: 020 - 694 6850 |
Homepage http://www.tijdschriftdeviant.nl |
Deze
homepage kwam tot stand dankzij subsidies van:
|
Voor vragen, suggesties of problemen met deze homepage kunt u zich tot onze webmaster wenden. |