Zielsverwanten in het abattoir
18 januari 2018 • Henk Maurits • FILMRECENSIE
Terugkijkend op het filmaanbod van 2017 is er één film die ik maar niet van mijn netvlies krijg: On Body and Soul van de Hongaarse cineaste Ildikó Enyedi. Nog altijd te zien in de filmhuizen en een van de mooiste cinematografische cadeautjes van het jaar. Een film met een ggz-invalshoek door het ongewone liefdesverhaal van twee mensen met een beperking: een man met een verlamde arm en een vrouw met autistische trekken. Twee schuchtere, fragiele eenlingen die elkaar weten te vinden via hun droomwereld.
Twee werelden
Enyedi schept in On Body and Soul verschillende werelden die ze op een subtiele, mythische manier met elkaar weet te verbinden. De film begint met prachtige, verstilde beelden van een hertenpaar dat in een besneeuwd boslandschap op zoek is naar voedsel. Maar ze zoeken ook elkaar, in tedere scènes, waarin het elkaar raken van twee neuzen een metafoor lijkt voor een kus. Het zijn liefdevolle natuurbeelden, idyllisch en sprookjesachtig, als in een droom.
Daar tegenover stelt Enyedi als contrast de harde, confronterende beelden van een slachthuis in Budapest, met koeien met verschrikte ogen die naar de slachtbank worden geleid. Als in een documentaire worden ze daar routineus gefileerd en ontleed. Onverschillige wreedheid tegenover bijna sacrale schoonheid. Een ‘verliefd’ hertenpaar in een wit bos tegenover koeienkadavers in het rode decor van een abattoir. De inmiddels gelouterde Hongaarse filmmaakster Enyedi speelt met contrasten, als een schilder met kleuren, of een fotograaf met zwart en wit. Ze maakte met On Body and Soul een van de mooiste films van 2017, die eerder bekroond werd met een Gouden Beer op het filmfestival van Berlijn en die dit jaar ook meedingt naar de Oscar voor beste buitenlandse film.
In de schaduw
Het verhaal is simpel. Maria, een jonge, zonderlinge vrouw, gaat als kwaliteitscontroleur aan het werk in een abattoir, waar zij het vlees van een kwaliteitslabel moet voorzien. De tweede hoofdpersoon Endre, een man van middelbare leeftijd met een lichamelijke handicap, is de financiële directeur van het slachthuis. Twee mensen die allebei niet op de voorgrond treden en letterlijk en figuurlijk wat in de schaduw willen blijven. Daarbij heeft de introverte Maria veel moeite om contact te maken. Ze lijkt gevoelsmatig nog te leven in een kinderwereld. Haar dagelijkse gebeurtenissen speelt ze thuis na met playmobil poppetjes of een peper- en zoutstelletje. De kinderpsycholoog die ze nog steeds bezoekt, vindt dat ze een stap moet maken naar volwassenheid en verwijst haar door naar een therapeut voor volwassenen.
Ongewoon en wereldvreemd
Enyedi focust in de film op het ongewone gedrag van Maria, die in zichzelf gekeerd en wereldvreemd op haar werk rondloopt en al snel het mikpunt is van spot. Maar Endre, die al een relatie achter de rug heeft, is geobsedeerd door haar en werpt af en toe stiekeme blikken vanuit zijn kantoorraam. Of hij observeert haar in de kantine als ze met haar dienblad voorbijschuifelt, weifelend op zoek naar een zitplek aan een van de formicatafeltjes. Hij is ook de enige die zich om haar bekommert en een gesprek met haar begint.
Enyedi, die met haar debuutfilm al in 1989 een Gouden Camera won op het filmfestival van Cannes, blijkt een tovenaar met licht en schaduw. Ze tovert beelden op het doek van een soms Hopperiaanse schoonheid met oog voor reflecties, weerspiegelingen en in het oog springende details. Een geweldige observator die haar bijna in slow motion acterende personages op een subtiele manier in beeld brengt en met behulp van dat licht iets zegt over hun karakter of hun gevoelsleven.
Tenen in de zon
Zo is er een weergaloze scène waarin de werkers tussen de middag even op de binnenplaats van het abattoir genieten van het zonnetje. Maria staat er wat verscholen bij in de schaduw van een pilaar en ziet dan opeens dat haar tenen zichtbaar zijn in het zonlicht. Schoorvoetend trekt ze haar voeten terug, alsof ze volledig onzichtbaar wil zijn.
Kijkend naar het afwijkende gedrag van Maria, denk je algauw aan autisme. Zeker wanneer ze, nadat er een voorzichtig contact is ontstaan met Endre, aangeeft zich elk gesprek met hem woordelijk te kunnen herinneren. Ze ordent haar gesprekken mathematisch en weet – als een ‘autistic savant’ met een fenomenaal geheugen – precies wat Endre, toen ze elkaar voor het eerst spraken, ‘in de zeventiende zin’ tegen haar zei. Daarnaast lijkt haar huis op een klinisch laboratorium, waar alles zijn vaste plek heeft en waar geen kruimel op tafel te vinden is.
Diefstal
De diefstal uit een medicijnkastje in het abattoir zorgt voor een ommekeer in de film. Een personeelslid heeft een stimulerend middel gestolen, een soort ‘viagra voor stieren’, zullen we maar zeggen. Vanwege deze nogal delicate diefstal wordt een psychologe ingehuurd, die het personeel bestookt met behoorlijk impertinente vragen, die de film een vleugje zwarte humor meegeven. Bij de psychologe moeten mensen ook over hun dromen en daaruit voortkomende verlangens vertellen. Daarbij blijkt dat Maria en Endre allebei ’s nachts dezelfde droom hebben. Een droom die overeenkomt met de geromantiseerde beelden van het hertenpaar dat op zoek is naar voedsel. En naar elkaar.
De psychologe denkt dat ze beduveld wordt door het tweetal, maar Maria en Endre gaan in hun droom geloven en zoeken aarzelend toenadering tot elkaar. Maar eerst gaat Maria op zoek naar haar gevoelswereld. Seks zegt haar niets, dus bestudeert ze een avond lang pornobeelden. En op zoek naar muziek, laat ze in een muziekwinkel stapels cd’s aanrukken, om uiteindelijk naar huis te gaan met een door de verkoopster aanbevolen prachtige ballade: het nummer What he wrote me van Laura Marling. Maar als het toch niet allemaal loopt zoals ze wil, doet ze een realistisch in beeld gebrachte suïcidepoging, die weer associaties oproept met het bloederige slachthuis.
Lichaam en ziel
Het knappe van On Body and Soul is dat je je ondanks de ongeloofwaardigheid van het verhaal, toch kunt identificeren met de personages. Twee kwetsbare eenlingen die elkaar vinden in een droomwereld en die, met veel haperingen, lichaam en ziel weten te verenigen. Die de schoonheid van de hertenwereld vertalen naar hun eigen wereld, waarbij mens en dier uitwisselbaar lijken te zijn geworden. En dat vervat in prachtige, stemmingsvolle beelden. De wreedheid van het slachthuis ingewisseld voor de tederheid van een sprookjesachtige romance tussen twee eenzaten.
On Body and Soul. Ildikó Enyedi, Hongarije, 2017, 116 minuten. Met Alexandra Borbély (Maria) en Géza Morcsányi (Endre). Sinds 14-12-2017 te zien in de filmhuizen.
Zie ook de muziekvideo’s van Laura Marling met het nummer What he wrote me, op YouTube.