Hans van der Wilk 1938-2024
Boegbeeld van de cliëntenbeweging
9 mei 2024 – Jos van der Lans – IN MEMORIAM 1
Zes keer werd Hans van der Wilk opgenomen in een psychiatrische inrichting. Later werd hij het boegbeeld van de cliëntenbeweging in de geestelijke gezondheidszorg en slaagde hij erin om de ggz belangrijk te veranderen. Op 25 maart 2024 overleed hij.
Wie is van hout?
Het leven van Hans van der Wilk neemt een beslissende wending als hij in 1971 het boek Wie is van hout. Een gang door de psychiatrie van Jan Foudraine krijgt aangereikt. Wat hij erin leest, gaat over hem. De rechteloosheid, de stemloosheid, de verwaarlozing, het volstoppen met medicijnen – hij had het allemaal meegemaakt.
Na traumatische jeugdjaren – vader onnodig overleden in de Tweede Wereldoorlog, voortdurende armoede, langdurig verblijf in katholieke opvoedingsinternaten – is hij in de jaren zestig vijf keer opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis, twee keer na een poging tot suïcide.
Zijn nieuw verworven inzicht neemt hij mee naar zijn laatste psychiatrische standplaats: de verslavingskliniek Hoog Hullen, waar hij een jaar lang in een therapeutische gemeenschap verblijft. Hij schrijft er een democratiseringsnota die tot zijn verrassing welwillend door de instelling wordt omarmd. Voor het eerst houdt hij wat over aan een verblijf in de psychiatrie: de overtuiging dat er wat te veranderen valt.
Wethouder van inspraak
In zijn woonplaats Schiedam is hij inmiddels lid geworden van de PPR, de radicale afsplitsing van de KVP. In 1973 wordt hij lid van de gemeenteraad en een jaar later zelfs wethouder namens de combi PvdA-PPR. Het zijn de hoogtijdagen van de stadsvernieuwing en Van der Wilk maakt zich hard voor de inspraak voor bewoners, die hij zo goed mogelijk wil faciliteren met opbouwwerkers en stadsvernieuwingsconsultenten. Als zijn collega-wethouders zijn plannen al te gortig vinden, is hij principieel: in 1976 treedt hij af en neemt hij weer plaats in de gemeenteraad.
Hij heeft zich ondertussen als vrijwilliger gemeld bij de stichting Pandora, in 1964 opgericht om vooroordelen rond psychiatrische patiënten weg te nemen. Pandora is een wat tamme organisatie, maar dat verandert als zij ex-patiënten, zoals Hans van de Wilk, de voorlichting laten doen.
Van der Wilk is daar een meester in: hij put rijkelijk uit zijn eigen ervaring om zijn toehoorders op een andere manier na te laten denken over afwijkend en onbegrijpelijk gedrag. Zijn gezag stijgt snel, vooral ook omdat hij de gave heeft om op een beminnelijke manier interne conflicten op te lossen. Als Pandora in 1977 een nieuwe directeur nodig heeft, is hij de aangewezen kandidaat.
Nog een keer jaagt hij het stichtingsbestuur van Pandora op de kast als hij zonder er melding van te maken voorzitter wordt van de Cliëntenbond, sinds 1971 de radicale belangenorganisatie van (ex-)psychiatrische patiënten. Dat past niet, vinden zijn bestuursleden, maar voldongen feiten laten zich moeilijk terugdraaien. Van der Wilk stelt vervolgens het tuinhuisje van het Amsterdamse kantoor aan de 2e Constantijn Huijgensstraat ter beschikking, waar de stencilmachine van Cliëntenbond overuren begint te maken.
874 kruidenrekjes
Hans van der Wilk wordt het gezicht van de cliëntenbeweging in de geestelijke gezondheidszorg, ook wel ‘de gekkenbeweging’. Er volgt een golf van spraakmakende acties. Tegen het gebruik van elektroshocks: De nationale antivolt actie; voor patiëntenrechten: Baas in eigen brein; tegen de overdoses medicijnen: Valium vrije vrijdag.
Van der Wilk voert veelvuldig het woord in de media, waarbij zijn eigen ervaringen zelden onbesproken blijven. De 874 kruidenrekjes die hij tijdens zinloze arbeidstherapieën in elkaar heeft gezet, passeren in menig interview de revue.
Maar Van der Wilk toont zich niet alleen een overtuigd activist; hij is door zijn rustige manier van optreden ook een aantrekkelijk aanspreekpunt voor de overheid. In beleidskringen verwerft hij de reputatie dat er goed met hem te praten valt. Zo brengt hij veel in beweging. Hij lanceert voorstellen voor patiëntenvertrouwenspersonen, patiëntenraden en landelijke patiëntenorganisaties. Natuurlijk verzint hij dat niet alleen, maar hij brengt de ideeën met succes naar de tafels waar beslissingen worden genomen.
In 1982 neemt hij bij Pandora Lineke Marseille aan als bureaucoördinator. Dat blijkt een gouden greep. Zij weet aanvankelijk weinig van de psychiatrie, maar ontpopt zich al snel tot het organisatorische rustpunt van de organisatie en daarmee eigenlijk van de cliëntenbeweging. Ze vullen elkaar op een ideale manier aan, krijgen een relatie, waaruit begin jaren negentig twee zonen worden geboren.
Verandering in kleine stappen
Hans van der Wilk heeft dan een voor zijn medestrijders nogal onverwachte stap gezet. Hij is ambtenaar geworden! Het past in zijn pragmatische overtuiging, dat de verandering met kleine stappen gaat en dat je de mogelijkheid om daar zelf verantwoordelijkheid in te nemen niet moet schuwen.
Zo heeft zijn carrière zich ook ontwikkeld. Want nadat hij in 1983 samen met anderen een succesvolle actie is gestart om een moratorium in te stellen voor nieuwbouw van psychiatrische inrichtingen, verlaat hij Pandora om directeur te worden van koepel van patiëntenorganisaties in de gezondheidszorg, tegenwoordig de Patiëntenfederatie. Hij schat in dat hij daar nog meer kan bereiken.
Als het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport hem vervolgens vraagt om directeur patiëntenbeleid te worden, kan hij geen nee zeggen. In het hart van de overheid kan hij immers nog meer betekenen voor de positie van de mensen waar hij zich altijd voor heeft ingezet.
Nadat hij een periode voor GroenLinks stadsdeelwethouder is geweest in Amsterdam-Oost, gaat hij in 2002 met pensioen. Dat valt niet mee. Langzaam brokkelt de beschermlaag van zijn pragmatisch activisme af en als hij ook door fysiek ongemak wordt belemmerd, dringen depressies zich opnieuw op. Zijn laatste levensjaren zijn daardoor niet gemakkelijk, vertelt Lineke Marseille op zijn afscheidsbijeenkomst. Omgaan met zijn depressies was voor hem, voor haar en voor hun twee zonen veel lastiger dan het leven met de dementie die hem ten slotte vanaf 2021 in de greep neemt. Als dementerende verdwijnt uiteindelijk zijn verzet tegen het afhankelijk zijn. Zo valt hem van zijn naasten en in het verpleeghuis in Oostzaan alsnog de liefdevolle zorg ten deel die hem in zijn jeugdjaren zo genadeloos onthouden was en waar hij voor anderen zijn leven lang heeft gestreden.
Jos van der Lans is cultuurpsycholoog, publicist en eindredacteur van de Canon sociaal werk.
Dit In memoriam verscheen eerder in De Groene Amsterdammer van 18 april 2024.
In 2005 publiceerde Deviant een uitgebreid interview met Hans van der Wilk. De pdf van dat nummer is hier te vinden. Het interview begint op pagina 8.
Meer informatie over Hans van der Wilk in de Canon clientenbeweging GGz. ziie: https://www.canonsociaalwerk.eu/nl_cbg/index.php